Mijn houding was sowieso al waardeloos. Op enig moment betaal je daar een prijs voor. Dit voetbalseizoen zit erop. De arts in het Groene Hart Ziekenhuis laat de foto’s zien. Diagnose: versleten rug. Drie beschadigde tussenwervels in de onderrug.
Nou prijs ik mij gelukkig, ik ben 54 en het kan altijd erger. Maar niet meer het veld op met mijn vrienden uit eerste (veteranen welteverstaan), is desondanks vervelend. Maar dat brengt mij op het volgende. Jij en ik, we hebben bij De Jodan Boys de afgelopen jaren vast van veel oud-spelers afscheid moeten nemen. Dan heb ik het niet over lui die verhuizen of besluiten te gaan tafeltennissen. Ik heb het over spelers die in het heetst van de strijd binnen de lijnen ten onder zijn gegaan. Plotsklaps. Van het één op het andere moment. Door een verkeerde beweging, een ongelukkige botsing of een smerige tackle. Soms kom je zo’n oud-speler tegen in de binnenstad en zoek je naar de naam. Ik herinner mij (rouwdouwer) Kees Stigter, Han Marinusse, Hans Verschoor en Johan Scholten. Drie van de vier hebben we letterlijk van het veld gedragen. De ambulance kwam eraan te pas. Ik denk ook aan Willem van der Zaan, keeper. Al lang en breed met pensioen, maar nog altijd lol in het spelletje én het kameraadschap.
Hoe zijn die helden-van-toen vertrokken? Ik kan me voorstellen dat ze de gesprekken voor en na de wedstrijd missen. De persoonlijke verhalen, de humor en de partyschaal. Verhalen die een team karakter en een eigen smoel geven. Niet meer meedoen is afkicken. En geloof mij, je gaat als oud-speler door alle stadia van voetbalrouw: woede, verdriet, aanvaarding. Aanpassen aan de nieuwe situatie vergt tijd. Wat mijzelf betreft. Ik zit op dit moment hardgrondig in de ontkenningsfase en ga binnenkort weer naar de fysio. Volgend seizoen zien we wel verder.
Joël Batenburg
Commissie sportiviteit en respect
Speler VE1