In Nieuws Commissie Sportiviteit en Respect

Voetballen in clubverband doe ik nu een jaar of 30. En dat is soms niet om aan te gluren. Niet dat ik snelheid en inzicht mis, maar in het veld ben ik soms een regelrechte zeikerd.

Scheids en tegenspelers moeten het vaak ontgelden. Ik schop niemand onderuit, maar ik vloer mijn directe tegenstander altijd verbaal. Mijn repertoire bestaat uit teksten waar je kotsmisselijk van wordt. Toegegeven, heel kinderachtig en het komt ook helemaal niet overeen met mijn zelfbeeld: aardige, joviale kerel, kan goed met kinderen, huisdieren en vrouwen. Maar dat zelfbedrog heet cognitieve dissonantie in de psychologie. Ofwel: niemand wil of kan toegeven hoe slecht hij eigenlijk is. Dit is mijn manier om één keer per week, gedurende (slechts) 90 minuten iemand volledig uit z’n spel te halen of de boel te ontregelen/verzieken. Word ik bijvoorbeeld wat al te stevig gedekt, dan vraag ik mijn tegenspeler terloops of ie dat thuis niet meer mag. Neemt een arbiter een in mijn ogen verkeerde beslissing, dan zing ik in het voorbijgaan “Pearl, Pearl, Pearl”. Op dat thema zijn nog enkele variaties: “Scheids je kijkt wel, maar zie je het ook?”, of “probeer es een blindengeleidehond” etc.

Sportklimaat

Waarom ik deze ongein deel? Sinds september zit ik in de commissie Sportiviteit & Respect bij Jodan Boys. En ik vind als je naar het gedrag van anderen kijkt, dan moet je bereid zijn om eerst dat van jezelf te bestuderen. Nou, ik was er heel snel uit. Dat van mij moet echt anders! Een beter sportklimaat begint bij jezelf. Zo, en nu wil ik dat die winterstop voorbij is en we weer gaan ballen.

Joël Batenburg